donderdag 12 augustus 2010

Calvin

Voor beren in de velden rond de abdij moest geen schrik hebben: die waren al lang verdwenen. Het duurde niet zo lang tot ik - via het pad langs het kanaal - in Noyon aankwam, de geboorteplaats van Calvin. Er staat een opvallend grote gotische kerk in de stad, waar de beelden van de portalen en van sommige kapellen allemaal vernield waren. Ik dacht eerst dat het de protestanten zouden gedaan hebben, totdat ik las dat het tijdens de revolutie gebeurd was. Het is ook een hele oude stad, waar koninklijke aangelegenheden hebben plaatsgevonden en concilies gehouden werden. Het geboortehuis van Jean is vaak herbouwd en herbergt nu een museum mede dankzij de interesse die de Duitsers ervoor toonden na de verwoestingen van de 1e wereldoorlog.
Bij de stop in het veld voor de picnick merkte ik dat mijn paraplu weg was. Ik wist meteen dat hij 100 m terug moest achtergebleven zijn: ik was er op mijn achterwerk een zeer schuine helling vol bomen afgeschoven naar een holle weg toe en daar hing hij nog aan een tak te bengelen. Tot nu toe ben ik slechts 1 ding kwijt geraakt: een dure onderbroek is ergens in een wasmachine blijven steken.
Ik kwam nog door 1 dorp voor het einde van de etappe en daar was een bar open. Omdat mijn alcoholpeil op alarm stond, heb ik er wat pinten gedronken na al dat platte, fletse water bij de paters. De eerste tekenen van Noordfranse grauwheid waren af te lezen op de donkerrode gevels van de huizen.
Voor de slaapplaats had ik 3 keer moeten bellen met Madame Vermeersch. Omdat ze zelf op vakantie was, had ze de opdracht aan 1 van haar 'kinderen' gegeven om me op te vangen en eten te geven. Ze heeft zelf geen kinderen. Zij en haar man hebben zich heel hun leven ingezet om moeilijk opvoedbare kinderen of probleemjongeren op te vangen en ze een thuis te geven. Eén van hen was er 10 jaar blijven wonen en samen met zijn vriendin uit Cherbourg en een stel jongens uit dezelfde stad hebben ze voor me gezorgd. Het livre d'or staat vol lovende woorden voor het koppel en ik had ze graag eens ontmoet. Toch was ik blij met deze jongeren aan tafel te mogen zitten en te horen hoe hard ze op zoek zijn naar een job, de werkomstandigheden in Frankrijk en de verloningen.
In het gastenhuisje was het muisstil 's nachts. Ik kon mijn gedachten laten gaan over een uitspraak die ik in het gastenboek gelezen had over de reden waarom iemand zo'n pelgrimstocht onderneemt: "Le coeur a ses raisons, que la raison ne connaît point." (Blaise Pascal)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten